LAB CLASSICS: JACKIE BROWN
— IN MEMORIAM ROBERT FORSTER —
Afgelopen week ontviel ons acteur Robert Forster (78). Forster slaagde er in zijn carrière nauwelijks in zich te etaleren als ‘leading man’, maar in 1998 was het Quentin Tarantino (onderhand bekend als de reden voor de doorstart van o.a. John Travolta) die de loopbaan van de karakteristieke acteur nieuw leven in blies met een rol in één van onze favorieten, Jackie Brown. Forster levert als ‘Max Cherry, bail bondsman’ een acteerprestatie af die zo doorleefd, zo relaxed en vanzelfsprekend is dat het lijkt alsof zijn personage al jaren vertoeft in de blaxploitation-wereld die de film schetst.
Genoeg reden om Jackie Brown nog tweemaal terug naar onze bioscoop te brengen voor deze vertoningen met zeer beperkte plekken!
Onderbetaalde stewardess Jackie Brown (Pam Grier) vult haar schamele inkomen aan door geld te smokkelen voor de praatgrage wapenhandelaar Ordell Robbie (Samuel L. Jackson in de tweede door Tarantino op zijn lijf geschreven rol). Als ze samenspant met de FBI om Robbie in de val te lokken, beraamt ze tegelijkertijd een plannetje om zichzelf danig te verrijken.
Voor deze liefdesbrief aan 70’s blaxploitation baseerde Tarantino zich (voor het eerst en laatst) op een roman van bestsellerauteur Elmore Leonard. Het resultaat is symbiose van twee meesterbreinen op het gebied van karakterisering, dialoog en ‘cool’. De gebruikelijke Tarantino-hoekstenen (ijzersterke soul-soundtrack, iconische dialogen (“My ass may be dumb, but I ain’t no dumb ass”) en narratieve goocheltrucs) zijn aanwezig, maar door de liefdevol vormgegeven romance tussen Jackie en borgtochtgeldschieter Max Cherry (Robert Forster) ook voorzien van een volwassen pathos die we tot dan toe nog niet kenden van Tarantino.