Rond de re-release van David Cronenbergs controversiële 90’s classic Crash vertonen we een Crash Course van zijn subversieve films. Op 12 augustus nodigen we filmjournalist Kevin Toma uit voor een lezing over het werk van Cronenberg. Daarnaast komt ook de enorme invloed ter sprake die Cronenberg had en heeft op talloze filmmakers na hem. Dit alles aan de hand van filmfragmenten, interviews en archiefmateriaal.
In de aanloop naar het retrospectief en de lezing stelden onze programmeur Tom Ooms een aantal vragen aan Kevin Toma.
“Die combinatie van zintuiglijkheid en koelbloedigheid, dat is wat die term Cronenbergian voor mij impliceert.”
Weet je nog je eerste kennismaking met de films van David Cronenberg?
Ik denk dat dat The Fly geweest moet zijn, een film die ik zag toen ik nog niet serieus met cinema bezig was, als puber die gewoon graag lekker gore horrorfilms huurde. The Fly gaat over een wetenschapper (Jeff Goldblum) die werkt aan een teleportatiemachine, als ik het me goed herinner, en zichzelf als proefkonijn inzet. Tijdens een van de tests raakt hij per ongeluk gekruist met een vlieg en vanaf dat moment begint zijn lichaam (en ook zijn verstand) volledig te muteren. Het is alweer een hele tijd geleden dat ik hem voor het laatst zag – de oorspronkelijke film uit de jaren vijftig heb ik beter in mijn geheugen zitten – maar wat me wel bijstaat is niet alleen het smerige gedoe met Goldblums aftakelende lichaam – op een gegeven moment lijkt hij sterk op Michael Jackson in de clip van Thriller, of misschien maakt mijn geheugen het nog erger dan het al is – maar ook de triestheid van die uit elkaar vallende geleerde, die echt iets goeds wilde doen maar zichzelf daartoe in de vernieling helpt en door niemand geholpen kan worden. Ik ben erg benieuwd wat ik van de film ga vinden als ik hem vanwege mijn presentatie ga herkijken, nu als filmjournalist en niet meer als gore-minded puber. Misschien dat er tussen die twee posities niet eens zoveel verschil zal blijken te liggen.
Wat maakt zijn films zo eigenzinnig dat er zelfs een bijvoeglijk naamwoord (Cronenbergian) zijn naam draagt?
Dat ze, en dan heb ik het vooral over zijn horror-werk en aanverwante films als Crash, aan de ene kant zo’n immense fascinatie hebben voor bloed, hersenspetters, transformerende lijven en ontploffende hoofden, en aan de andere kant zo ontzettend koel en afstandelijk blijven. Alsof je gehuld in een asbestpak in een poel vol drek en gruwel stapt, zoiets. Die combinatie van zintuiglijkheid en koelbloedigheid, dat is wat die term Cronenbergian voor mij impliceert.
Welke van zijn films mogen wij volgens jou echt niet missen en waarom?
Videodrome, zou ik zeggen, omdat de film een onverminderd relevant thema – de invloed van visuele media op ons denken en zijn – in een tijdloos hallucinante vorm giet. Die man met zijn hoofd in een bijna vloeibaar geworden televisiescherm, onvergetelijk. En Crash natuurlijk. Niet omdat het zo’n perfecte film is – want dat is het niet – maar wel omdat de film in een perverse melodie-met-variaties-
Crash Course Cronenberg is heel augustus bij ons te zien. De lezing Geweld, Seks en Chroom: de koele verleidingen van David Cronenberg met Kevin Toma vindt plaats op woensdag 12 augustus 19:30.